Rawie van de Drie
Welkom bij weer een uitzending in de programmering Van Voorbijgaande Aard Lastigste Geval in de Rede. De spreekstem die meteen mag en als het even kan meteen zal worden vergeten, als enigste omroep niet heel hard schreeuwt om sociale media en andere aandacht en het daarom volkomen terecht ook niet krijgt. Hier is u presentator, hij die iedere dag oog in oog staat met een verbluffend gebrek aan resultaat, weer een dag volledig onopgemerkt gebleven, zelfs de kantlijn bleek onhoudbaar. Hier is ie dus de schrijvende man die het denken niet laten kan Van Voorbijgaande Aard en dit keer laat hij u genieten van de geweldige show “Rawie van de Drie”. Aard heeft drie personen in zijn kleine studio zitten en maar één ervan is echt Rawie. Het is aan hem de vraag wie deze mens is want hij heeft namelijk geen flauw benul. De drie anderen zullen zoals te doen gebruikelijk in zijn leven en werken hem die beide zaken onmogelijk willen maken zodat hij nooit zal raden wie van hen drieën de ware Rawie is, wat de Voorbijgaande betreft is Rawie het gele blok waar de trein naar Roodeschool of Leeuwarden tegen aan stoot bij aankomst in Groningen. Maar nu zit hij in ieder geval tegenover één ware dichter, niet zo'n vrije stijl eentje maar een die de theorie kent en er toe geneigd is deze te waarderen en respecteren. Aard kent zijn klassiekers maar vindt er niet veel aan, zijn deel van de dag geeft hij liever aan Sleaford Mods of andere bendes vol schreeuwlelijkerds dan aan bundeldieren.
Welkom Rawie
Rawie – goedemiddag Van Voorbijgaande Aard fijn dat ik hier zit bij u in dit knusse kamertje zo fraai uitgedost met aanstootgevende afbeeldingen.
Dank u Rawie , en nogmaals welkom Rawie!
Rawie – goedemorgen Van Voorbijgaande Aard mijnheer Rawie was waarschijnlijk erg onder indruk van het beeldend geheel in deze benauwende kamer en heeft daardoor niet beseft dat de klok het middaguur nog niet heeft bereikt noch overschreden.
Rawie – Goedemorgen, correctie, u heeft gelijk ik was abuis. Ik had beter op moeten letten voor ik begon te spreken en pardoes de dag niet correct beoordeelde en derhalve beledigde met mijn verkeerd gekozen woord.
Alweer bedankt Rawie en Rawie, het klopt dat het ochtend is maar ik accepteer ieder ander oordeel, het is hier allemaal hetzelfde. Deze zone is verstoken van waar zonlicht. Het is hier altijd schemerig en bedompt. Welkom Rawie.
Rawie – Goedendag, ik geef u daarin gelijk, nog nooit heb ik in zo'n kleine donkere en bedompte ruimte deelgenomen aan een spelshow. Het zal lastig worden om niet bang te worden van de met voormalig actieve geslachtsorganen vol geplakte wanden die mogelijk op me af komen als u ons het vuur aan den schenen legt, waarde Van Voorbijgaande Aard.
Ik ben hier zeer voorzichtig met vuur er is niks voor nodig en alles hier staat in de hens. Het is niet mijn intentie om bekend te staan als de man die drie Rawies op een enkele dag in brand heeft gestoken en zichzelf. Ik vraag u hooguit het hemd van het lijf dat lijkt me onschuldig genoeg.
Rawie – Past ook beter bij de beelden vertoond in deze nogal roze en vreemde studio.
Dat is zeker waar Rawie, als u tenminste Rawie bent. Ik ga u met u hemd nog over de schouders en voor de zachte opbollende buik aanvallen met de eerste vraag. Welke initialen pronken voor u naam meneer Rawie.
Rawie – JP
Rawie – J P
Rawie – J.P.
Hier schiet ik niet veel mee op, niks eigenlijk, dit moet drie keer kloppen het staat hier op u eigen bundel met voortreffelijke liefdesgedichten, aldus de flaptekst, een niet te versmaden werk waar menig dichterlijk tienerhart van op hol is geslagen neem ik aan.
Rawie – Niet alleen tienerharten, ook rijpere, langer tikkende bloedpompen.
Rawie – Deze bundel is inderdaad een uitmuntende collectie liefdes gedichten, ik schreef toen als van liefde bezeten over die liefde. Liefde was het warme bad waarin ik poedelde.
Nu niet meer?
Rawie – Niet meer zo vlot als in die jaren, het komt allemaal moeizamer op. De inspiratie is niet altijd daar. Het is heden ten dage meer werk dan het was in die jaren waarin ik zeer dartel danste en hupte met de liefde en zijn woordenbrij.
O, maar u schrijft nog wel van die geweldige liefdesrijmpjes.
Rawie – Rijmpjes! Pas op hoor gij onverlaat, u spreekt hier met een man van het woord. Ik ben op jaren maar ik had het en ik heb het nog immer in de wat stramme vingers. Iedere dag nog kan mijn schrijven jongere harten bekoren meer nog dan de gedichten en proza van menig jonge poëet en schrijver.
Ik geloof u. Ik heb nog nooit enig hart kunnen bekoren met mijn rijmelarij, mijn respect gaat uit naar u Rawie. Dichters zoals ik met een broertje dood aan de regels zullen het altijd af moeten leggen tegen hen die de regels opstellen en handhaven. Dat is volkomen terecht mijn waarde oudere maar nog immer harten opwindende ex dichter des vaderlands. Of was dat Driek.
Rawie – Driek was er beter in.
Dat geloof ik niet, u stond toch ook u mannetje. Driek was kolderiek en u beduidend minder doch meneer van Wissen was vooral een groots dichter..
Rawie – U heeft groot gelijk. Kolderiek zijn is zeker niet mijn grootste talent.
Ik dwaal immens af van het bekende show concept. Ontdekken Rawie u allen bent. Ik ga voort met de show inquisitie, mijn queeste naar de ware Rawie. Kunt u het volgende gedicht voordragen. Ik heb het geschreven maar ik wil u het graag horen voordragen alsof het u eigen is en er daarom ook zeer van geniet.
Rawie – Prima, wilt u achteraf of nu mijn splijtende kritiek erbij?
Neen, ik ben zonder content. Uw mening is mij om het even.
Rawie – Ik was nog maar net bij zinnen toen ik opnieuw moest beginnen. Ik had langer verwacht, u bent toch de man die zinnen vreselijk lang maakt en daarmee pas stopt als het rijmt op de regel ervoor?
Ja, u bent op de hoogte gebracht, fijn. Deze schoot me eerder te binnen dan mijn normale stukjes langere. Het was ook een soort liefdesgedicht.
Rawie – Dat las ik er niet in.
Het zit in de diepere lagen.
Rawie – Daar hoort het ook.
Rawie – Flink diep zodat je stevig moet zoeken om het eruit te halen.
Eh, meneer Rawie! ik neem aan dat dit de leeftijd is. Denk om u goede naam u wilt niet zoals mij bekend staan. Het kan mij trouwens niet schelen hoe ik bekend sta maar ik wil u natuurlijk niet beïnvloeden met mijn stijl van doen en nooit laten. Ik heb echter om andere redenen bedenkingen bij u Rawie, u voordracht vond ik niet overtuigend. U bent in staat om werk van een ander te lezen alsof het u eigen is of anders wel er voort dragend iets aan toe te voegen, dingen die ons niet zijn opgevallen. Dit was zojuist niet aanwezig. Rawie kunt u ook een gedicht voorlezen, wederom van mijn toets hand maar toch iets anders dan de vorige, zeker langer.
Rawie – Ik zal u niet zo teleurstellen als die andere Rawie, u werk zal als mijn eigen uit mijn mond komen.
Dan komt hier het gedicht.
Rawie – Ahum, sorry, kriebel. Glaasje water?
Ik heb alleen koffie, helaas niet uit Ethiopië daar is naar mijn smaak iets niet mee in de haak.
Rawie – Bedankt. Pittig bakkie. Het gras was voor de klokken licht gaven nooit weerloos was altijd in staat wind te misleiden en dauw in halmen te vangen het nieuwe groen door machines groot geworden is genadeloos er is niks natuurlijks overgebleven waardoor het gaat hangen gras als snijwapen, niet in vingers maar door glas, metaal en steen de woedende natuur is door een afgerichte vorm overwonnen eentje gelegd aan banden, door kolen aangevuurd, met de hand gevormd, niet ontsproten maar bedacht, bevlekt ontvangen maar zonder daad, dit gras komt van niks, nooit een keer op, bestaat zonder voortplanting, het kan niet vergaan en redt zich onder alle omstandigheden alleen naast het moderne stond dit oude gras alsof het was verzonnen
het rijmde uiteindelijk op steen.
Rawie – Zo'n stukje had ik ook verwacht. Ik heb zo'n idee dat u deze Rawie het voordeel van u twijfelloosheid schenkt. Het is waarschijnlijk niet conform de regels maar ik wil toch opmerken dat u zich niet moet laten leiden door u vermoedens maar moet handelen volgens de maatstaven der wijsheid, ons kundig beoordelen. U wilt niet de verkeerde Rawie kiezen van de drie. Gehakt meneer Aard, gehakt. Ik zeg maar ...
Ik heb u een eerlijke kans gegeven om dat prachtige, krachtige en korte gedichtje voor te dragen op ordentelijke wijze. U heeft die kans niet gegrepen Rawie, ik kan en wil u kritiek niet begrijpen, dat kost me teveel hoofdbrekens en daar heb ik maar één van.
Rawie – Mag ik nu?
Natuurlijk Rawie, dat mag zeker. Ik zal kijken of ik nog iets heb liggen waar ik u en de kijker luisteraars mee kan plezieren. Deze, neeh, eh neeh, ah een liefdesgedicht maar deze gaat niet zo diep. Het is gewoon hartstikke duidelijk, net als u eigen, gericht op het hart. Marketing der liefde met letteren, altijd fijn.
Rawie – Ik verheug me er op. Deze zal ik mezelf vanaf woord één eigen maken. Het is altijd goed om andermans liefdeswerk te gebruiken zodat je eigen er wel bij vaart, liefst beter dan de uwe.
Ah, dat zit wel snor meneer Rawie, vrees niet voor mijn liefdesleven en werken. Die zijn net als dit stuk en al mijn stukjes hiervoor één groot verzinsel zonder enige hulp van buitenaf.
Rawie – Jij moet blijven komen zelfs al zal je nooit gaan anderen wel, die mogen rennen, slenteren en staan jou vertrek zou mijn hart nooit kunnen verdragen in bloed laten stromen zou het niet langer slagen ik als een automaat waar niemand een bedrag pint een dag al voorbij nog voor ze goed en wel begint alleen jij kan iedere dag mijn schaduwen verhullen zonder jou ben ik een gat dat niemand nog kan vullen
Hier kan ik wel wat mee meneer Van Voorbijgaande Aard leuk om te lezen dat je ook kunt doen alsof zelfs zonder de bijbehorende ervaring. Met een enkele aanpassing kan ik er zonder een ventje pijn een JP van maken.
Goed om te horen Rawie, ik ben blij dat ik u blij kan maken. Het losbandige leven er weer inblazen alsof u zand bent en ik heet en samen worden we een bloemenvaas van hard glas, vooral u. Ik ben meer de knecht die de dorre bloemen mag rapen en suf beminnen als ze dat nog niet zijn, waarschijnlijk wel.
Rawie – Neen, mijn wild geraas is over. Ik geniet zoals oudere heren geneigd zijn te doen alleen al van de nabijheid van guitige deernen, een heer van stand zonder de gebruikelijke opborrelende toestand.
Dan valt u af als de ware Rawie daar geloof ik geen flikker van.
Rawie – U moet ons niet zo snel afschrijven. Zo houdt u geen Rawie meer over.
Dat is ook waar. Het wordt mij door u drie ook zo moeilijk gemaakt. U had toch gewoon aan het begin van de webshow kunnen zeggen ik ben JP Rawie dat daar is mijn tuinman JP van Bollekes en dat is mijn advocaat JPJP van Bergendal-Hoogendroog en Heenenweren. Nu moet ik te kijk staan voor een wild enthousiast publiek van om en nabij één persoon, mijn moeder die alleen voor de troost view klikt en mijn werk nimmer leest.
Rawie – Verdikkie hoe wist u dat ik de tuinman was. Ik dacht dat ik me goed had ingedekt. Mijnheer Rawie heeft me nog leren voordragen als een ware dichter en u ziet het gewoon. Zag u de modder onder mijn vingers?
Nee, nee, ik zag niks maar goed, bent u dan de advocaat?
Rawie – Ook correct, allemachtig. Zag u het bloed onder mijn nagels?
Zeker wel, en daarom hield ik u een beetje op afstand en zat u niet al te dicht bij de meest schunnige plaatjes. U bent gelukkig op leeftijd anders hadden we dit stuk beneden moeten bedenken en uitvoeren. Dat zou toch niet voldoen aan de eisen die ik heb gesteld betreffende de scheiding van werk en werk.
Rawie – Meneer Aard, mag ik u vragen waarvoor die andere kamer achter ons is ingericht?
Ja dat mag maar op die vraag geef ik geen antwoord. Ik waardeer de vraag er niet minder om hoor, goed gesteld, niet te moeilijk. Ik begreep hem meteen.
Rawie – Die kamer is goesting. Het heeft het niet, het is pure zin. Hoe heeft u dat geflikt, met zo'n kamer hoef je geen reeks aan gedichten over de liefde te schrijven die ruimte kan het met zichzelf wel af.
Het komt van diverse ingevingen meneer Rawie net als mijn hele werk. De essentie is een opdoemende ingeving het afmaken daarvan doe ik. De kamer is nog geen goesting trouwens maar is goed op weg. U bent zelf geil.
Rawie – Dat komt toch hopelijk niet als een verrassing.
Rawie – Nee toch zeker niet?!
Rawie – Het zou raar zijn als het niet zo was, maar toch ... Het effect is hier veel duidelijker te merken, bijna als vanouds. Kunnen we niet bij u op zolder wonen? Die ruimte gebruikt u volgens mij toch nooit.
Neen Rawies, ik heb u juiste JP zelf geraden en daarmee is de show afgelopen, de show kous is af. Ik wil u niet in mijn sociale huurwoning. Dat wekt argwaan bij de instanties en ik wil het ook gewoon niet. Bel gewoon u chauffeur en rij terug naar u eigen stulpje. Nu heb ik er bijna spijt van dat ik dit stuk na zo'n opwellende ingeving heb bedacht en uitgewerkt. Het leek zo'n goed plan.
Rawie – Ik kan u ervoor betalen.
Rawie – Ik heb contacten in de uitgeverswereld, u kunt 15 minuten roem verdienen in de zeer lokale krant. De krant die als een bui overwaait.
Rawie – We kunnen u desnoods dwingen. Ik ken welwillende rechters met een soft spot voor JP.
O nee. Waarom loopt fictie altijd uit de schrijvershand. Wacht ik heb een idee... Slaap kindje slaap, daar buiten loopt een schaap, een schaap op kousenvoetjes, zij drinkt haar melk zo zoetjes, Slaap kindje slaap, daarbuitenloopteenschaaaaap
Rawie – Ik ben zo moe.
Rawie – Zullen we naar bed gaan Bollekes.
Rawie – geeeuw .. ik denk dat we moeten verdwijnen uit deze droom en terug naar onze eigen JPJP
Welterusten Rawies en jullie ook, excuus jij.