Dit is Dit weer Een avontuur van een tekencollectief in de nazomer van tweeduizendtwintig, dat vooraf al teleurgesteld teleurstellend werd genoemd.

We zijn onderweg maar weten niet waar naar toe. Er is geen planning. Nooit echt geweest ook. Het collectief 'Dit is Dit', zo'n tien jaar geleden voor het laatst publiekelijk actief, drinkt en eet af en toe nog wat gezamenlijk. Gezellig. Verder waren er tussendoor een paar babyshowers voor de aanstaande vaders. Bij één babyshower werd een speciaal gemaakte vleesbaby van de bbq-sauna-auto gegeten. Een andere was met een nep navelstreng die gemaakt was met van die doorzichtige loempia vellen en een bloederig uitziend sausje. 'Dit is Dit' is nu vooral een app groep waar ideeën smoren en tergende foto's van oud klasgenoten die op tv zijn worden rond gestuurd. Ook de app groep is niet meer wat het geweest is: een van de knapen besloot zelfs uit de groep te stappen. Hij was het beu.

Ondanks of eigenlijk misschien daardoor zijn we vandaag wel weer een tekencollectief. Of althans dat beweert die jongen, en niemand spreekt hem tegen. In ieder geval gaan we op pad met een tafel en wat tekengerei. De hoofdpersonen van het collectief, vier knapen op middelbare leeftijd, zijn anoniem, maar in het verhaaltje heb ik ze voor de gemakkelijkheid hun eigen naam gegeven. Misschien dat ik dat later nog verander, maar dat zet ik dan hier niet bij, om een fijne verwarring te creëeren.

...

‘Een redelijke accurate omschrijving van de dag’, zo zei een van de knapen later.

We vertrekken uit Rotterdam en besluiten uiteindelijk niet elkaars kleren aan te trekken. Laut rijdt. Laut heeft een Volvo stationwagen en vindt mensen in een Xsara Picasso gewoon minder. Marcel heeft een hoedje op. Daan heeft een lichtgevend geel shirt aan. Het is niet persé om mee te sporten zegt hij, ondanks dat hij basketballer wil worden, net zoals een kleine Chileens Deense jongen die hij kent. Doelloos en wel belanden we veel op doodlopende weggetjes en af en toe op een industrieterrein. Ondertussen bekijken we architectuur en ik attendeer de jongens erop dat er ergens riet te zien is. Daan kijkt op internet of er op de Wollefoppenweg in Oud-Verlaat, waar we rijden, een huisje te koop staat. De sfeer zit er goed in. Bij weer een nietszeggend industrieterrein zegt Daan overtuigend: 'Ooh volgens mij heb ik hier mijn sperma een keer naar toe gebracht'.

Niet veel later zitten we aan de Zevenhuizerplas bij 'De Blokhut' op het terras voor een kopje koffie en een tompoes waar ik een moorkop bedoelde, wat ik eigenlijk niet meer mag zeggen. Ook het woord ijs-chinees mag ik niet meer zeggen van Marcel trouwens. We hebben een gesprek over het verschil tussen moorkoppen en Bossche bollen. Bij het bestellen blijkt dat we alleen een kopje koffie kunnen krijgen. 'Nou daar gaat je tompoes', zegt Marcel wreed.

Daan voelt zich alsof hij achter een heggetje zit, zegt hij, terwijl hij achter een heggetje zit met één voet in een spinnenweb. Hij neemt een mooie foto van een boom en mensen die geen kleren aan hebben.

Verderop is een man met een rubberen lieslaarsbroekpak tot net onder zijn oksels, bezig samen met zijn hele familie een bootje en allerlei vismateriaal op te ruimen. Laut zegt dat het erg gevaarlijk is met zo'n pak aan in een bootje. Als je dan in het water valt zink je namelijk meteen. Dat klinkt als een belachelijke manier om dood te gaan.

Tijdens een korte wandeling langs het meer praat ik met Daan over zijn blote mensen fascinatie en over pedofilie. Bij een ander etablissement eten we eieren met spek en kaas en drinken we bier. Laut drinkt cola maar die is niet te zuipen. Toen we het terras op liepen werd ons door ene Ankie gevraagd of we voor de demonstratiebijeenkomst kwamen. Ik vroeg waar voor of tegen ze wilden demonstreren en toen zei ze dat ze overal tegen demonstreerden. Dat leek ons nogal veel. Ze beweerde nog een aantal dingen die ze niet kan weten en gaf ons een formulier en een flyer opdat wij dat ook zouden moeten beweren. Ze was nog niet boos, zei ze. Verder schijnt Daan mij verschrikkelijk boos te hebben aangekeken maar daar weet ik niks meer van. Als we via de saaiste weg proberen terug te lopen naar de auto, waait Marcels hoedje van zijn bolletje, maar die weet hij met een aardige move weer op te zetten.

We rijden een bijna lege parkeerplaats op met een redelijk afzichtelijke uitzichttoren. Als hij later ter sprake komt noemt Daan het 'de toren'. Er staan alleen 2 knullen naar de goudkleurige velgen van een metallic glimmende blauwe Volkswagen te wijzen. De langste van de twee heeft blonde stekels en een pak Wicky onder zijn arm. Het uitzicht in ‘de toren’ is een beetje teleurstellend. Toch weet Daan er nog een leuk fotootje te nemen van wat vogels zonder hoofd. Marcel zegt dat Roel en Annie er getongd hebben.

We rijden verder door het Zuidhollandse landschap en komen steeds weer terecht in nieuwbouwwijken. We fotograferen er ovaal geschoren heggetjes en overdreven grote vogelhuisjes. Ik wil een fotoserie maken van Lauts neus met een nieuwbouwwijk op de achtergrond. In een nieuwbouwwijk in Zevenhuizen heeft Daan een huis te koop gevonden in de Rentmeesterstuin. Dat is een straatnaam. Opeens loopt er een man met een wit t-shirt met aan de bovenkant de bovenkant van een kostuum met strik geprint. Ik wil er een fotootje van maken en Laut rijdt even terug. Hij vraagt hem naar de Rentmeestersstraat. 'De Rentmeesterstuin bedoel je', zegt de man. 'Een leuke buurman, volgens mij’ zegt Laut later.

Als we door de Rentmeesterstuin rijden, zien we de auto van een kleurrijk maar behoorlijk vegetarisch meisje staan die we alle 4 kennen. Erg toevallig. Hij is vol gekladderd met allemaal tekstjes door vrienden van haar en haar vriendje, ter gelegenheid van een gezellige bijeenkomst van iets speciaals waarschijnlijk. Laut tekent heel groot een hart op haar voorraam met witte onuitwisbare inkt. 'X-jes van Dit is Dit' schrijft hij eronder. We hebben nooit meer iets van haar vernomen.

We rijden nog even langs het aangelegen industrieterrein alvorens onze weg te vervolgen. Als ik een glasverkoopbedrijf zie, zeg ik: 'Als je glas verkoopt zit je in het glas. Dat lijkt me echt pijnlijk' 'Verzin je al die stomme grappen door zelf de hele dag hardop praten?' vraagt Daan, waarin ik hem gelijk moet geven.

In Moerkapelle lijkt het net de jaren tachtig. Ik hoorde laatst van iemand dat iedereen in de jaren tachtig een lui oog had. Marcel ziet een leuk bruggetje. We zien weer een huis wat te koop staat. En een mini leeuw. Marcel ziet een leuk windmolentje. Ook staat er ergens een nep ooievaar in een tuin waarbij het net lijkt of ie een echte baby vast heeft. Dat blijkt niet zo. Moerkapelle laten we verder maar links liggen.

Niet veel later vertelt Daan een mop: 'Wat zegt een kikker die in een ondiepe sloot zit?' ‘Niediep niediep!' Iedereen moet heel hard lachen. We rijden langs een orchideeën kwekerij en opeens verzinnen Daan en Laut originele namen en slogans voor een parenclub: 'Parenclub Orchidee, Ons idee: orgie dee. Everyday orgie day.' Weer moet iedereen hard lachen. Toch rijden we iets te lang doelloos door het landschap. Marcel is een beetje misselijk, wat hij later vast zal ontkennen.

We komen aan in Boskoop. Daar blijkt niet de uitvaart van een bekende van ons te zijn, hoewel we dat op zich niet heel opzienbarend hadden gevonden. Er lopen een paar goedkoop uitziende ganzen over de weg waardoor een behoorlijke verkeersopstopping ontstaat die Boskoop redelijk lijkt te ontwrichten. We doen er boodschappen bij een Poolse supermarkt. We kopen een stuk touw gemaakt van krokant vlees van zo’n anderhalve meter lang; een bakje rolmopsen met oranje kleurstof en wat vreemde alcoholische en non-alcoholische versnaperingen. Verder ook 4 stukken taart met sesam, framboos en pudding, waarvan ik een groot stuk even later buiten in de prullenbak zag liggen. Ook kopen we een zak met zoutjes van een meter lang, die geen enkele smaak bleken te hebben. We stopten de lange zak onder de ruitenwisser van de auto wat een mooi beeld oplevert. Later knutselt Marcel met spuug er de letters van 'Dit is Dit' van, die we op het dashboard leggen en met diverse achtergronden fotograferen. Ook dat levert aardige plaatjes op.

'Waarde is contrast ', zegt Laut. Ik weet niet waarom hij dat zegt. Daan zit op een bankje achter de tafel met de tekening die we met zijn allen aan het maken zijn, hij laat een scheet en schiet in de lach. Teleurgesteld zegt hij nu al teleurgesteld te zijn, terwijl we nog maar net zijn begonnen. Marcel en Laut plakken een stuk van het vleestouw op de tekening. Marcel laat een boer. Iets verderop in het landschap, we zitten aan de rand van een weiland, staat een meisje te kijken naar een stel weidevogels. Er vliegt in de verte een vliegtuig rondjes waar we diverse theorieën over verzinnen en er rijden steeds kleine treinen langs. Er zit nog een stuk rolmops in Daans snor. Als ik dat tegen hem vertel, probeert hij het weg te halen maar dat mislukt eigenlijk. Het meisje staat er nu wel erg lang en blijkt met haar ex aan het bellen. We maken ons bijna een beetje zorgen. Haar kuiten zijn heftig aan het verbranden in de zon, al denken sommigen dat ze aan het plassen is. Ik zou haar kuiten moeten likken zegt Laut tegen mij, maar ik vind dat maar niks. Opeens ontstaat het idee om vuurwerk af te steken. Zowaar heeft Marcel een rotje meegebracht. 'Veertig plussers op een missie', zegt iemand. Na veel bombarie maakt het rotje enigszins een teleurstellende indruk, al werden er wel mooie foto's van gemaakt. Vlak daarna is het moment gekomen dat we besluiten om de tekening in de sloot te gooien. Met redelijk wat overgave werd het deels handgeschepte papier de sloot ingeduwd. Er staat aardig wat riet aan de zijkant van de sloot dus dat is nog best een karwei. Marcel heeft een stuk vlees in het riet gegooid. Langs de oever springen allemaal kikkers op maar daar trapten we niet in. De tekening lag op dat moment alweer te drogen op het gras met veel uitgelopen stukken kleur. Er wordt ook nog een stuk vossenstaart aan toegevoegd. Daarna wordt de tekening netjes opgevouwen. Het opgevouwen pakketje heeft iets weg van een indiaan, maar dat mag ik niet meer zeggen. We fotograferen ook veel en lopen elkaar daarbij behoorlijk in de weg. Op de foto is duidelijk te zien dat Daan een lichtgevend geel shirt aan heeft. Er wordt ook een aantal keer met de auto overheen gereden. Voor de zekerheid wordt er daarna nóg een aantal keer met de auto overheen gereden.

Als we tegen de avond ergens in de buurt van Schipluiden rijden, besluiten we te gaan eten en drinken bij een plaatselijk restaurant. We nemen daar als eerst een borrelplank waarbij helaas geen gehaktballetjes worden geserveerd door omstandigheden. Dat maakte ons niks uit want we wisten sowieso niet wat er op het plankje zou liggen. Als ik een paar warmere kleren aantrek, word ik gemeen uitgelachen door twee van de knapen. Ik vind dat niet zo erg.

We eten gans en biefstuk en de garnituur die erbij hoort en we drinken wijn en we zitten met onze tengels aan posters die toch schilderijen blijken te zijn. Het meisje wat de communicatie doet, legt het een en ander uit maar dat was echt super saai geloof ik. Iets met kunst of zo. Ik weet het niet meer eigenlijk. Daan wil weten waar ze woont.

De dag wordt afgerond met een afzakkertje groene waas in het atelier van Marcel en Daan in Rotterdam. Daar vinden nog een paar serieus te noemen gesprekken plaats die voornamelijk met de wereld der kunsten te maken hebben in de al dan niet gesubsidieerde of opdracht sfeer. Af en toe valt hierbij zelfs een oordeel maar daar luistert niemand naar. Tijdens dat gesprek valt er soms iemand in slaap. Verder wordt er wat gepraat over kunstenaars die we kennen die net integer lijken maar eigenlijk gewoon kutwijven zijn. Laut zegt op een gegeven moment ‘te bedoellerig’, maar ik verstond bloederig.

Ook wordt de tekening uitgevouwen waarbij de conclusie wordt getrokken dat hij er opgevouwen toch beter uit ziet. Als Daan hem weer opvouwt, lukt het hem niet hem even goed op te vouwen. We vinden het een geslaagd werk. Marcel vind het geen werk. Ook wordt de conclusie getrokken, dat de weg er naar toe belangrijker is. 'Baklijstje eromheen en de mensen zouden er met mooie schone kleertjes en baardwax naast staan', oppert Laut nog. Ja. Dat zal best. Het was een mooie dag.

© twien