Mensen, mensen, wat zijn er veel
Naar aanleiding van een lelijk tekeningetje met de tekst Menschen, Menschen, was gibt es viele dat ik in de jaren ’0 in Hamburg exposeerde: Een selectie van willekeurige mensen in een willekeurige volgorde.
Grote mensen met rare kapsels die kleine stapjes nemen. Mensen die met auto-correct typen en daardoor belachelijk veel woorden verkeerd schrijven. Vrienden die elkaar beertje noemen. Een vrouw die altijd na het zwemmen bij de Chinees gaat eten. Een vrouw in het bos die tegen een andere vrouw heel hard ‘ja, ja, ja, ja, ja’ zegt terwijl er eigenlijks niks te bevestigen valt. Een gast in een kribbetje. Een jongen van drieëntwintig die op ‘korte bon’ tikte, maar eigenlijk nog wilde weten hoe duur de bietjes waren. Michael Pilarczyk. Vrouwen die elke zeven seconden naar hun eigen borsten kijken. Een racist met een open ruggetje. Een zwerver die een nieuwe reet wil omdat er een gat in zit. Mensen met grote hoofden die er niks aan kunnen doen. Iemand die rock-‘n-roll architect wordt genoemd, voor wie ‘zelfreflectie’ geen vies woord meer is. Een treinmachinist die chips zit te eten in Etten Leur. Een volwassen vent die op witte sokken een glijbaan oprent. Twee sportpresentators die beide iets weghebben van een zitzak. Duitsers. Meisjes met lang haar die thuis een goudvis hebben. Een frisse jongen met blonde krulletjes. Een hele berg neukende mensen die alles normaal vindt. Een meisje dat zichzelf steeds moet herinneren dat de subtiele details die ze ziet in het dagelijks leven, álles de moeite waard kunnen maken. Hordes jongens met vieze sokken onder hun bed. Een witte man met een crossfietsje. Een vermaarde pornoster naar wie een appgroep is genoemd, die niemand meer gebruikt. Een dikke vrouw met uitpuilende ogen die magistraal piano speelt. Een oorlogsmisdadiger die denkt dat het wel meevalt. Zeventien hele kleine mensen met groene kleren aan, die niks ophebben met Ierland. Mensen die hard werken en er dood aan gaan. Een zwarte man in de VS die geen *Afro American* is omdat hij uit Breda komt. Een kalende historicus die vindt dat rijke mensen meer belasting moeten betalen, terwijl het geld wordt verkwanseld aan slagroomtaarten en limonadezwembaden voor de koning. Een imperialist die het moorden van andere etniciteiten beu is. Een volwassen vent met een petje achterstevoren op zijn hoofd die het raar vindt dat hij niet serieus genomen wordt. Mensen die een azerty toetsenbord prefereren. Een dikke vent met een te grote winterjas die iets met bladerdeeg in zijn mondgat propt wiens Thaise vrouw naast hem zittend ziels ongelukkig kijkt. Een inheems jongetje van nul. Jongens die graag After Eight eten. Een brandweervrouw met souplesse. Een lange jongen die al zijn hele leven elk jaar voor moederdag een vaas koopt bij de Blokker. Pubers die ruiken naar Doppeldouche. Een jongen met een bril die gek is op borrelnootjes. Een ex-militair die alles weet van spreeuwen. Een man die het liefst naar Hongarije zou vluchten als Nederland overstroomt omdat ze daar tegen buitenlanders zijn. Twee mensen die zich vrouw noch man voelen en zich niet uitlaten over hun seksuele voorkeur, omdat niemand dat wat aangaat. Een charmante miljardair uit Singapore wiens ogen relatief dicht bij elkaar staan. Een man die zijn vrienden elke dag een verhaaltje vertelt over zielige varkentjes met bloederige details. Een enorme vrouw die op vis kauwt alsof het kauwgom is. Mensen die pagina’s van boeken omslaan en dat filmen en op sociale media zetten. Mensen die dingen doen die niet mogen en dan ‘ja dahag!’ zeggen. Een jongen met een witte broek, waar niks mis mee is, althans dat leek zo op het eerste gezicht. Een meisje dat denkt dat zeepaardjes alleen mythische figuren zijn. Een jongen die vraagt waarom een groep mensen geen eigen land mag hebben, terwijl ze er al 76 jaar een bezetten, maar wat vanwege een etnische zuivering op de lokale bevolking wat moeizaam verloopt. Een kwal van een vent, volgens z’n onderbuurvrouw. Iemand uit Scheveningen die geen vis lust. Een transseksueel die graag koekjes bakt. Een meisje dat gek is op mensen met parate kennis. Een ander meisje uit Nulde. Politiemensen die de openbare orde verstoren. Een politica met een puntneus. Mannen die het liefst in lianen hangen. Een depressieve clown die aardig fagot kan spelen. Een Skandinaviër met haar op z’n rug. Een carrièretijger in een kantoortuin. Een wapenhandelaar die dagenlang naar zijn fontein zit te staren. Mensen die te weinig knipperen met hun ogen, maar geen junk zijn. Een kunstschilder die een patatje zit te eten. Drie vrouwen die toevallig in de keuken staan. Een oudere vrouw met een wat gelige huid die lijkt op Wim de Bie. Mensen die de letter R niet goed kunnen uitspreken. Een dove man met een stofzuiger met oogjes. Gezonde hardwerkende jongens met een ‘voor wat hoort wat’ mentaliteit. Italianen met bodywarmers op het strand in Augustus. Een kleine man die koolvis met warme wortels eet. Een Belg die graag zijn gras maait. Een Chinees met roze getinte glazen in zijn bril, wiens bakkebaarden waaien in de wind. Een Nederlandse vrouw met een appel met een hap eruit. Een man die soms naar honden zwaait. Een kunstenares met piepkleine oogjes die iedereen de les leest. Twee podiumbeesten die miemend de bloemetjes buiten zetten. Een persoon die Brinta eet in de schemering en straks een marathon gaat lopen. Een inwoner van Purmerend met een vreselijke ziekte. Een Portugees die in Sliedrecht iemand aanziet voor z’n neef. Een aardige man die per ongeluk iets in zijn anus heeft gestopt en nu naar het ziekenhuis moet. Een bolle jonge jongen met een sik en een koltrui. Een vent die op zijn knieën uit zijn zolderraam wil pissen maar zich bedenkt en als hij opstaat keihard zijn kop stoot.